Deze jaren ’80- en ’90-invloeden zien we terug in de mode

Er zijn veel fashion items uit de vorige eeuw die opeens in de etalages hangen. De ene wordt omarmd, van de andere schieten we onwillekeureig in de lach. Toch keren ze terug. Hoe dan? Daarover moeten we het antwoord schuldig blijven. Maar wonderlijk is het zeker. Een aantal voorbeelden van invloeden uit vervlogen tijden.

Nike Air Max en lawaaiblouses

Je ziet ze overal weer opduiken, de sneakers met dikke zolen. In de jaren ’90 was de Nike Air Max een ware musthave en deze schoen doet het sinds kort weer goed in het modebeeld. De denim blouse is eveneens teruggekeerd van even weggeweest, maar opvallender is de blouse die door Youp van ’t Hek werd omgedoopt in lawaaiblouse: drukke dessins van fruit, Griekse zuilen, bloemen, zwarte balken, alles door elkaar. Voetballers als John de Wolf waren de trendsetters die trots in deze blouses poseerden.

Schoudervullingen!

In de jaren ’90 vormden ze geen uitzondering: blazers in pasteltinten met schoudervullingen. In videoclips van Wham! en Duran Duran en series zoals Miami Vice zie je dat de rest van de outfit heel ruimzittend was. De mouwen van de blazers werden opgestroopt, eronder droeg je een T-shirt en de boeken waren geplooid: de zogenaamde bandplooibroek. Wie ze nu durft te dragen, maakt een echt statement. Maar het zijn dus vooral die opvallende schoudervullingen die weer terugkeerden.

Dr. Martens en houthakkershemden

De combinatie Dr. Martens laarzen-houthakkershemd (al dan niet om het middel gebonden) is afkomstig van de gitaarrock uit Seattle die door de buitenwacht als grunge werd bestempeld. De muzikanten liepen toen overigens rond in oude jeans waar vaak nog maar weinig stof van over was. Daar werd alom schande van gesproken, maar als je anno nu in een kledingwinkel om een intacte spijkerboek vraagt, staan de verkopers je glazig aan te kijken. De meeste jeans worden in de fabriek al onder een machine gelegd voor een grungy look.

Bandshirtjes

Bandshirtjes zijn eigenlijk van alle tijden, maar het is de vraag of de muzikanten van weleer het wel leuk vinden dat hun iconische logo’s (AC/DC, Nirvana, Ramones, Iron Maiden) doodleuk worden gebruikt door kledingketens die er vervolgens flink aan verdienen. Of zij rechten betalen voor die beeldmerken, is onbekend. Bovendien worden ze massaal gedragen door mensen die geen idee hebben waar die logo’s eigenlijk voor staan. Aan de andere kant: wanneer iemand van pakweg veertien jaar oud in een shirt van een band uit de vorige eeuw rondloopt, kan dat ook als gratis reclame worden beschouwd.